summaryrefslogtreecommitdiff
diff options
context:
space:
mode:
authorCamil Staps2016-04-02 20:01:25 +0200
committerCamil Staps2016-04-02 20:01:25 +0200
commitccecc3217863bdb2daddc5d4f4b95fc959342f5f (patch)
tree15aad6538749c238db6efc889b6365853d8d83ec
parentCollege 6 gereviseerd (diff)
College 7
-rw-r--r--college7.tex86
-rw-r--r--hebrew.sty12
2 files changed, 98 insertions, 0 deletions
diff --git a/college7.tex b/college7.tex
new file mode 100644
index 0000000..259246c
--- /dev/null
+++ b/college7.tex
@@ -0,0 +1,86 @@
+\documentclass[a4paper]{article}
+
+\usepackage{geometry}
+
+\usepackage{polyglossia}
+\setdefaultlanguage{dutch}
+\setotherlanguage{hebrew}
+\newfontfamily\dutchfont[Mapping=tex-text]{Latin Modern Roman}
+\newfontfamily\hebrewfont[Scale=MatchLowercase]{Ezra SIL}
+
+\title{Genesis 11:1-9\\\large{Huiswerk Exegese OT, college 7}}
+\author{Camil Staps}
+
+\usepackage{expex}
+\lingset{everygla=,everyglc=\dutchfont\beginL,everyglft=\dutchfont\beginL,aboveglftskip=0pt,aboveexskip=0pt,belowexskip=0pt,exnoformat={X}}
+\makeatletter
+\def\ep@rawexnoprint{\hebrewnumeral{\excnt}}
+\makeatother
+
+\def\JHWH{\bgroup\footnotesize{JHWH}\egroup}
+
+\begin{document}
+
+\maketitle
+
+En op heel de aarde was \'e\'en lip en enkele taalgebruiken.
+En toen zij uit het oosten reisden bereikten zij een dal in het land Sinear. Daar bleven zij.
+En zij zeiden tegen elkaar: `Welnu, laten we bakstenen maken en die in vuur bakken.' En ze hadden tichel voor steen en pek voor pottenbakkersklei.
+En ze zeiden tegen elkaar: `Welnu, laten we voor ons een stad bouwen en een toren die tot in de hemel reikt. Laten we een reputatie maken, zodat we niet verspreid raken over heel de aarde.'
+En {\JHWH} daalde af om de stad en de toren die de mensen hadden gebouwd te zien.
+En {\JHWH} zei: `Zij zijn \'e\'en volk en er is \'e\'en taal voor hen allen. Dit is nog maar het begin van wat ze maken -- nu zal niets wat ze bedenken om te maken voor hen onmogelijk zijn.
+Welnu, laten we afdalen en de talen daar vermengen, zodat zij elkaars talen niet zullen verstaan.'
+En {\JHWH} verspreidde hen van daar over heel de aarde. Zij hielden op met het bouwen van de stad.
+Daarom noemt men die plaats `Babel', omdat {\JHWH} daar de talen van heel de aarde vermengde en hen over heel de aarde verspreidde.
+
+\bigskip
+
+\begin{hebrew}
+\ex\begingl
+\gla 1961 3605 776 8193 259 1697 259//
+\glb וַיְהִי כָל־ הָאָרֶץ, שָׂפָה אֶחָת, וּדְבָרִים, אֲחָדִים.//
+\glc {En was} heel {de aarde} lip \'e\'en {en enkele} taalgebruiken//
+\endgl\xe
+\ex\begingl
+\gla 1961 5265 6924 4672 1237 776 8152 3427 8033//
+\glb וַיְהִי, בְּנָסְעָם מִקֶּדֶם; וַיִּמְצְאוּ בִקְעָה בְּאֶרֶץ שִׁנְעָר, וַיֵּשְׁבוּ שָׁם.//
+\glc {En het was} {bij hun reizen} {uit het oosten} {en zij bereikten} {een dal} {in een land} Sinear {en zij bleven} daar//
+\endgl\xe
+\ex\begingl
+\gla 559 376 413 7453 3051 3835 3843 8313 8316 1961 {} 3843 68 2564 1961 {} 2563//
+\glb וַיֹּאמְרוּ אִישׁ אֶל־ רֵעֵהוּ, הָבָה נִלְבְּנָה לְבֵנִים, וְנִשְׂרְפָה, לִשְׂרֵפָה; וַתְּהִי לָהֶם הַלְּבֵנָה, לְאָבֶן, וְהַחֵמָר, הָיָה לָהֶם לַחֹמֶר.//
+\glc {En zij zeiden} {een man} tot {zijn vriend} welnu {we zullen maken} bakstenen {en die bakken} {in brand} {En er was} {aan hen} {de tichel} {voor steen} {en de pek} was {aan hen} {voor pottenbakkersklei}//
+\endgl\xe
+\ex\begingl
+\gla 559 3051 1129 {} 5892 4026 7218 8064 6213 {} 8034 6435 6327 5921 6440 3605 776//
+\glb וַיֹּאמְרוּ הָבָה נִבְנֶה־ לָּנוּ עִיר, וּמִגְדָּל וְרֹאשׁוֹ בַשָּׁמַיִם, וְנַעֲשֶׂה־ לָּנוּ, שֵׁם: פֶּן־ נָפוּץ, עַל־ פְּנֵי כָל־ הָאָרֶץ.//
+\glc {En zij zeiden} welnu {we zullen bouwen} {voor ons} {een stad} {en een toren} {en zijn hoofd} {in de hemelen} {en we zullen maken} {voor ons} {een naam} {opdat niet} {verspreid te raken} over {het aangezicht} heel {de aarde}//
+\endgl\xe
+\ex\begingl
+\gla 3381 3068 7200 853 5892 853 4026 834 1129 1121 120//
+\glb וַיֵּרֶד יְהוָה, לִרְאֹת אֶת־ הָעִיר וְאֶת־ הַמִּגְדָּל, אֲשֶׁר בָּנוּ, בְּנֵי הָאָדָם.//
+\glc {En daalde af} {\JHWH} {om te zien} - {de stad} en {de toren} die {gebouwd hadden} {de zonen} {van de mens}//
+\endgl\xe
+\ex\begingl
+\gla 559 3068 2005 5971 259 8193 259 3605 2088 2490 6213 6258 3808 1219 1992 3605 834 2161 6213//
+\glb וַיֹּאמֶר יְהוָה, הֵן עַם אֶחָד וְשָׂפָה אַחַת לְכֻלָּם, וְזֶה, הַחִלָּם לַעֲשׂוֹת; וְעַתָּה לֹא־ יִבָּצֵר מֵהֶם, כֹּל אֲשֶׁר יָזְמוּ לַעֲשׂוֹת.//
+\glc {En zei} {\JHWH} Zij volk \'e\'en {en lip} \'e\'en {voor hen allen} {En dit} {hun beginnen} {te maken} {en nu} niet {zal onmogelijk zijn} {voor hen} alles dat {zij zullen verzinnen} {te doen}//
+\endgl\xe
+\ex\begingl
+\gla 3051 3381 1101 8033 8193 834 3808 8085 582 8193 7453//
+\glb הָבָה, נֵרְדָה, וְנָבְלָה שָׁם, שְׂפָתָם אֲשֶׁר לֹא יִשְׁמְעוּ, אִישׁ שְׂפַת רֵעֵהוּ.//
+\glc Welnu {we zullen afdalen} {en vermengen} daar {hun lippen} dat niet {zij zullen horen} {een man} {de lippen} {van zijn vriend}//
+\endgl\xe
+\ex\begingl
+\gla 6328 3068 853 8033 5921 6440 3605 776 2308 1129 5892//
+\glb וַיָּפֶץ יְהוָה אֹתָם מִשָּׁם, עַל־ פְּנֵי כָל־ הָאָרֶץ; וַיַּחְדְּלוּ, לִבְנֹת הָעִיר.//
+\glc {En verspreidde} {\JHWH} hen {van daar} over {het aangezicht} {van heel} {de aarde} {En zij hielden op} {te bouwen} {de stad}//
+\endgl\xe
+\ex\begingl
+\gla 5921 3651 7121 8034 894 3588 8033 1101 3068 8193 3605 776 8033 6327 3068 5921 6440 3605 776//
+\glb עַל־ כֵּן קָרָא שְׁמָהּ, בָּבֶל, כִּי־ שָׁם בָּלַל יְהוָה, שְׂפַת כָּל־ הָאָרֶץ; וּמִשָּׁם הֱפִיצָם יְהוָה, עַל־ פְּנֵי כָּל־ הָאָרֶץ.//
+\glc Daarom {} riep {naar daar} Babel omdat daar vermengde {\JHWH} {de lippen} {van heel} {de aarde} {en van daar} {verspreidde hen} {\JHWH} over {het aangezicht} {van heel} {de aarde}//
+\endgl\xe
+\end{hebrew}
+
+\end{document}
diff --git a/hebrew.sty b/hebrew.sty
new file mode 100644
index 0000000..18871cf
--- /dev/null
+++ b/hebrew.sty
@@ -0,0 +1,12 @@
+\RequirePackage{enumitem}
+
+\newcommand*{\hebrewenum}[1]{%
+ \expandafter\@hebrewenum\csname c@#1\endcsname%
+}
+
+\newcommand*{\@hebrewenum}[1]{%
+ $\ifcase#1\or\aleph\or ע\else\@ctrerr\fi$%
+}
+
+\AddEnumerateCounter{\hebrewenum}{\@hebrewenum}{\aleph}
+