summaryrefslogtreecommitdiff
path: root/college-4.tex
blob: a6bc69a490b50116dfe5f4d22a5231334281e75a (plain) (blame)
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
19
20
21
22
23
24
25
26
27
28
29
30
31
32
33
34
35
36
37
38
39
40
41
42
43
44
45
46
47
48
49
50
51
52
53
54
55
56
57
58
59
60
61
62
63
64
65
66
67
68
69
70
71
72
73
74
75
76
77
78
79
80
81
82
83
84
85
86
87
88
89
90
91
92
% vim: spelllang=nl:
\documentclass[a4paper]{article}

\usepackage{geometry}
\usepackage[dutch]{babel}
\usepackage{enumitem}

\title{Geschiedenis van Kerk en Theologie\\\large{Opdracht bij college 4}}
\author{Camil Staps}
\date{28 september 2016}

\begin{document}

\maketitle

\section*{Verslag college 3}
In de 4\textsuperscript{e} eeuw wordt het christendom geleidelijk ge{\"\i}ntegreerd in het Romeinse rijk:
	eerst wordt godsdienstvrijheid verordend (Constantijn),
	uiteindelijk wordt het christendom zelfs staatsgodsdienst.
Verscheidene ketterijen worden afgewezen
	(Arius: Zoon staat lager dan de Vader;
	Apollinaris: Jezus had zuiver goddelijke natuur;
	Nestorius: Maria is niet de moeder Gods;
	Eutyches: goddelijke natuur Jezus domineert),
	het geloof ontwikkelt zich middels deze ketterijen en hun afwijzing in concilies.
Geloofsbelijdenissen worden geschreven om af te zetten tegen ketterijen en de gelovigen bij elkaar te houden.

Bovenstaande lijkt te suggereren dat er \'e\'en duidelijke orthodoxe stroming is.
Dat was niet het geval.
Verschillende schisma's in de kerk ontstaan al vroeg.

Edward Schillebeeckx wijst de christologische discussie af als irrelevant.
Volgens hem zijn de eerste bronnen van het geloof verhalen over Jezus en de eigen ervaring --- niet dogma's.

Augustinus was een belangrijke kerkvader.
Eerst Maniche{\"\i}st%
	\footnote{Wijdverbreide, sterk dualistische en elitaire godsdienst,
		die volgens Linda Woodhead uitgestorven doordat het zich niet,
		anders dan het Christendom,
		aan een politieke macht wist te koppelen.}
	bekeert hij zich en wordt hij bisschop in Hippo.
Hij schrijft verschillende boeken, waaronder \'e\'en over de Drie-eenheid.
Het idee van de erfzonde%
	\footnote{Dat de mens intrinsiek zondig is sinds Adam en Eva,
		en dus op Gods genade aangewezen zijn om slechte neigingen te weerstaan.}
	is ook afkomstig van hem.
Dit wil overigens niet zeggen dat hij, zoals Pelagius, stelt dat de menselijke wil verzwakt is door de zondeval:
	als de mens het werkelijk wil, kan hij zalig worden.

Augustinus is ook bekend van de discussie die hij voerde met de Donatisten.
Het Donatisme stelde dat alleen christenen die vervolging weerstonden clerici konden zijn.
Dit wierp de vraag op van de geldigheid van sacramenten bediend door clerici die wel bogen voor de vervolging.
Augustinus stelt dat de werking van een sacrament berust op de ontvanger en de kerk.

\section*{Evaluatie cursus tot nu toe}
Ik moet zeggen dat ik nog weinig heb geleerd deze cursus,
	omdat de vroegchristelijke stromingen die we hebben behandeld
	ook zijn langsgekomen bij het vak Dogmatiek I, wat ik vorig jaar heb gevolgd.
Wel was het nuttig dit even te herhalen.
Natuurlijk waren er wel kleine onderwerpen die nieuw waren,
	zo had ik bijvoorbeeld nog geen kennis gemaakt met het gedachtegoed van Edward Schillebeeckx.
Ik verwacht dat we snel (gezien de planning vanaf college 4) bij onderwerpen aankomen die nieuw voor mij zijn.

Wat me een interessant onderzoeksonderwerp lijkt is
	de invloed van niet-canonieke christelijke en ketterse geschriften
	op de theologie van het katholieke christendom in de eerste eeuwen.
Ik heb toen ik korting kreeg bij de Cambridge University Press in een opwelling het boek
	\emph{Lost Scriptures. Books that Did Not Make It into the New Testament} van Bart D. Ehrman (2003)
	gekocht.
Dit is een verzameling van een groot aantal niet-canonieke evangelie\"en, handelingen, brieven, openbaringen en andere teksten.
Helaas is van het gros van deze teksten slechts fragmentarisch iets overgebleven, wat zelfstudie bemoeilijkt.

Ook al worden deze teksten op een gegeven moment verworpen,
	is het een te simpele voorstelling van de werkelijkheid te zeggen
	dat het orthodoxe christendom niet door deze teksten is be{\"\i}nvloed.
Het zou interessant zijn te kijken naar welke idee\"en wel en niet zijn doorgekomen in het orthodoxe christendom,
	en wat de redenen hiervoor zijn.

Inzicht in deze zaken helpt ons mogelijk bij het beantwoorden van de vraag
	hoe arbitrair de theologie die in de eerste eeuwen ontwikkeld precies is, dat wil zeggen:
	in hoeverre is de theologie ontstaan door aardse redenen (van machtspolitiek, bijvoorbeeld),
	en in hoeverre is ze ontstaan door theologische of spirituele discussie?

Hierbij zou ik eerst trachten een tijdlijn te maken van de verschillende geschriften
	en die indelen bij verschillende stromingen.
Hierna zou gekeken kunnen worden naar secundaire literatuur uit dezelfde periode
	en naar overlap van passages uit niet-canonieke geschriften met passages uit canonieke geschriften.
Uiteindelijk moet er een overzicht komen van idee\"en uit niet-canonieke geschriften, waarbij bij ieder idee wordt aangegeven:
	(a) of het terug te vinden is in het orthodoxe christendom; en
	(b) waarom het is verworpen of opgenomen.

\end{document}