summaryrefslogtreecommitdiff
path: root/samenvatting-eden.tex
diff options
context:
space:
mode:
Diffstat (limited to 'samenvatting-eden.tex')
-rw-r--r--samenvatting-eden.tex20
1 files changed, 20 insertions, 0 deletions
diff --git a/samenvatting-eden.tex b/samenvatting-eden.tex
new file mode 100644
index 0000000..fbdc89f
--- /dev/null
+++ b/samenvatting-eden.tex
@@ -0,0 +1,20 @@
+\seclit{De tuin van Eden}{Zevit}{What really happened in the garden of Eden, pp.~75-84 en 96-113}
+Een nieuw verhaal begint Gn.~2:4b (i.p.v. aan het begin van een hoofdstuk). Hier hebben Christelijke wetenschappers voor gekozen toen zij de tekst in hoofdstukken opdeelden. Hierdoor is de dag van de Heer op zondag (waardoor Sabbat op zaterdag valt). Nu weten we niet waar het eerste verhaal eindigt: in 2:3 of 2:4a.
+
+Vers 4a is geen logisch begin van een nieuw verhaal: 4b herhaalt dezelfde informatie. 4a zou dan het voorgaande verhaal samenvatten. Echter, 2:1-2 is al een goede samenvatting, waarom staat er nog een samenvatting in 4a? Betere lezing laat zien dat 4b geen samenvatting is, maar de focus verscherpt op de aarde. Bovendien kan het geen hoofdzin zijn.
+
+De zin in 4a komt op plaatsen voor waar er een abrupte verandering van onderwerp is: hier van de schepping van \emph{alles} naar die van \emph{de mens}.
+
+In 2:6 wordt een grote hoeveelheid water bedoeld. Adam wordt uit brokken of kluiten (dus erg vochtige) aarde, niet uit `stof', `as' of `klei' gemaakt. We zijn daarom flexibel, totdat we out worden en opdrogen (rimpelen). Kluiten waren belangrijk in Mesopotami{\"e}, om o.a. mensen, plaatsen en dromen te representeren.
+
+Het woord \textezra{אָדָם} is geen eigennaam maar is gerelateerd aan `rood', `bloed' en `aard(bodem)'.
+
+\textezra{נָ֫פֶשׁ} (2:7) is geen `ziel' in de hedendaagse betekenis, maar meer iets als `levenskracht', aanwezig in het bloed van (slechts) mensen en dieren.
+
+\medskip
+Luther: de zoektocht naar Eden is nutteloos. Wij moeten kijken naar de situatie n\'a de zondvloed, terwijl de tuin van Eden voor de zondvloed was. Maar hoe kan Mozes dan over de tuin van Eden hebben geschreven?
+
+Door het noemen van de (twee bekende, twee onbekende) namen van de rivieren in de tuin (eigenlijk overbodig), cre{\"e}ert de auteur een schijnbaar geografische realiteit en het beeld van overvloed -- niet van rijkdom (die ligt elders) maar van land (twee of vier stromen water is een Mesopotamisch symbool voor overvloed in vruchtbaarheid).
+
+Een simpele oplossing zou zijn dat Eden aan de oorsprong van de Eufraat en de Tigris ligt. Hier liggen echter geen twee andere rivieren. E. A. Speiser oppert dat het om vier \emph{samenvoegende} rivieren gaat, i.p.v. een rivier die in vieren gesplitst wordt. In dat geval zou Eden ergens in of bij de Perzische Golf liggen. Speisers theorie is populair maar waarschijnlijk incorrect omdat het Hebreeuws haar niet ondersteunt. Als ze wel correct is, dan is er een mogelijke identificatie voor de onbekende rivieren -- maar \'e\'en daarvan zou tussen 3500 en 2000 v.o.j. zijn opgedroogd.
+