% vim: spelllang=nl:
\documentclass[a4paper]{article}

\usepackage{geometry}
\usepackage[dutch]{babel}
\usepackage{enumitem}

\title{Pastoraaltheologie\\\large{Vragen bij college 1}}
\author{Camil Staps}
\date{1 september 2016}

\begin{document}

\maketitle

\begin{enumerate}
	\item
		Praktische theologie is de wetenschappelijke discipline gericht op
		theorievorming omtrent praktische rationaliteit binnen de christelijke
		religie in interactie met sociaal-culturele contexten, en met name andere
		religies.

		Praktische rationaliteit omvat de redenen die mensen hebben op grond
		waarvan ze handelen.

	\item
		De antropologische omslag in de 20\textsuperscript{e} eeuw is de omslag van
		het centrum van de wetenschappelijke katholieke theologie: van (het wezen
		van) God (theologia) naar het menselijk subject, in het bijzonder diens
		geloof in God (oikonomia), hoe ze twijfelt, zoekt, het spoor kwijt is, etc.

	\item
		Vier problemen probeert men op te lossen middels die antropologische omslag
		en het vakgebied van de praktische theologie:

		\begin{description}[style=nextline]
			\item[Traditieprobleem]
				`Wat zeggen de overgeleverde opvattingen uit de traditie mij als
				individu?'
			\item[Plausibiliteitsprobleem]
				`Heeft religie nog een rol binnen autonome sectoren in de samenleving?'
			\item[(Ver)taalprobleem]
				`Kan de boodschap van de religie of de taal van de bijbel nog
				verstaanbaar worden gemaakt voor mensen van deze tijd?'
			\item[Epistemologisch probleem]
				`Waarnaar verwijst het geloof in God in de werkelijkheid? Wat voor
				kennis kan men over God hebben, en wat is haar waarheidsgehalte?'
		\end{description}
		
	\item
		De praktische theologie doet uitspraken over de werkelijkheid van de mens
		als actor in zijn relatie tot God of een uiteindelijke werkelijkheid. Op
		die manier kan men tot een subjectieve, getuigende waarheid over de naam
		van God komen.

	\item
		\begin{description}
			\item[Theoria]
				het nadenken over eeuwige en onveranderlijke en in zoverre goddelijke
				zaken.
			\item[Poesis]
				handelingen die een bepaald werk als resultaat achterlaten.
			\item[Praxis]
				handelingen die hun betekenis en voltooiing in zichzelf hebben.
		\end{description}

	\item
		Het eerste onderwerp van wetenschap is waarheid, in het geval van de
		theologie (waarheid over) het wezen van God of de goddelijke essentie.
		Het object van praktische kennis is echter contingent (niet-noodzakelijk).
		Kan een praktische wetenschap wel tot algemene kennis komen?

	\item
		Handelingen worden veroorzaakt door de vrije wil en zijn dus niet
		noodzakelijk.

	\item
		Wanneer de wil een \emph{juist verlangen} (in overeenstemming met de rede)
		is, hebben de resulterende handelingen God als primair object, en zijn die
		handelingen dus gericht op de waarheid.

	\item
		Het doel van het handelen wordt dit juiste verlangen, wat correspondeert
		met de rede en dus intern is.

	\item
		Onder Cartesiaanse angst verstaat Bernstein de angst dat als er geen
		absolute zekerheid is we geen fundament hebben om onze kennis op te bouwen.

	\item
		Gadamer: de mens is een betekenisgevend wezen; ons bestaan is interpretatie
		van onze omgang met de werkelijkheid.  We kunnen niet buiten dit oneindige
		interpretatieproces gaan staan, maar dat betekent niet dat alle kennis
		slechts contextueel is.

	\item
		Praktische rationaliteit, bij Ricoeur, verwijst naar redenen die mensen
		hebben om te handelen alsook naar de regels van het handelen.

	\item
		Men kan wel regels vaststellen op basis van waarneming, maar actoren hoeven
		die regels niet consistent te volgen. Die vrijheid kan de waarnemer niet
		herkennen.

	\item
		Het materi\"{e}le object is \emph{wat} wij bestuderen --- initieel, het
		oorsprongsverhaal van Jezus Christus. Dit object wordt steeds groter in de
		wetenschap: pastoraal handelen, handelen van gelovigen, andere religies,
		etc.

		Het formele object is de lens waaronder we dit bestuderen. Dit
		materi\"{e}le object kan ook vanuit de psychologie worden bekeken. Wij
		vertrekken echter vanuit de positie dat God gesproken heeft en spreekt.
\end{enumerate}

\end{document}